Toongerschehoof

Begraofplaots Mestreech

(Tongerschehof Begraafplaats in Maastricht)

Tongerschehof, Algemene begraafplaats te Maastricht:

In 2012 bestond de Begraafplaats 200 jaar. Ik kom er graag, de rust, de diversiteit van flora en fauna, de monumenten van de vele Maastrichtenaren die hier hun laatste rustplaats gevonden hebben, ieder graf heeft een eigen verhaal. De Algemene Begraafplaats aan de Tongerseweg 292 behoort tot de oudste Algemene Begraafplaatsen van Limburg. In de tijd dat de Napoleontische troepen in Maastricht verbleven (1795-1814) werden verschillende rapporten opgesteld naar de omstandigheden waarin toen op de kerkhoven in de binnenstad werd begraven. Al op 8 oktober 1798 werd door de raad van het kanton Maastricht besloten om voortaan alleen nog begravingen toe te staan op de Blekerij tussen de Bogaardenstraat en de Capucijnenstraat. Tot die tijd lagen er bij verschillende Maastrichtse parochiekerken nog kerkhoven, zoals bij de St. Jacobskerk aan het Vrijthof, rond de O.L. Vrouwekerk, achter de St. Matthiaskerk aan het Maastrichter Pastoorstraatje, bij de Waalse kerk en bij de St. Martinuskerk in Wyck. Het grote armenkerkhof van de blekerij aan de Bogaardenstraat strekte zich uit van de Capucijnenkerk tot aan het terrein van de Nutsbedrijven. Een restant van de kerkhofmuur is bewaard gebleven langs het kleine monument op het Misericordeplein. Aan dit armenkerkhof herinnert nog een gedenksteen in het pand Uitbelderstraat 1, waarin vroeger de loods van brouwerij Marres was gevestigd en nu bij de wijnhandel Thissen in gebruik is; de tekst op de steen meldt: "Gebouwd 1897 door Clement Marres; van hier 18 karren doodsbeenderen naar het R.K. Kerkhof gebracht".

In 1809 kocht de Gemeente Maastricht een terrein aan langs de steenweg naar Tongeren om er een nieuwe begraafplaats aan te leggen. Een graf delven kostte toen ter tijd 1 frank. Het beheer, onderhoud en inrichting van de Algemene Begraafplaats ligt tot op heden in handen van verschillende gemeentelijke diensten. In december 1811 had architect Jean François Soiron een plan van aanleg gereed voor een terrein van 1 ha; tenslotte werd slechts een halve ha daadwerkelijk ingericht. De begraafplaats was voor rooms-katholieken, protestanten en joden.

Het is 27 januari 1812. Maastrichtse waardigheidsbekleders, met in hun midden pastoor Partouns van de Sint-Servaasparochie, staan bij elkaar op een ommuurd stukje grond in de gemeente Vroenhoven, langs de grote steenweg van Maastricht naar Tongeren. Partouns doopt de kwast in het wijwatervat en besprenkelt met een weids gebaar het half hectare grote terrein. De inzegening van de nieuwe algemene begraafplaats van Maastricht is daarmee een feit. Enkele dagen later wordt het eerste graf gedolven door de gemeentelijke grafdelver Dewildt, hij heeft zijn werkzaamheden op de stadsbleek verlaten en delft het eerste graf aan de TongersewegHet eerste graf zou zijn voor Maria Catharina Willems-Zeekaf, die op 86 jarige leeftijd is gestorven. Haar man Herman was landbouwer. Zij woonde bij leven in het huis 'De Ridder' in de Ridderstraat in de buurt van de Bisschopsmolen en kwam oorspronkelijk uit Kanne (B). Haar graf is niet meer te vinden. Maria Willems Zeekaf wordt wel genoemd op een het piramidesteentje (monument) vlak bij het hoofdgebouw van de begraafplaats. Thans wordt bij de dodenherdenking de gestorven Maastrichtse burgers bij dit monument herdacht door de gemeente Maastricht met een erekrans van rood en witte bloemen.

Het allereerste grafmonument is het monument van Jean Behr. De zerk van commandant van de burgerwacht Jean Lambert Antoine De Behr is het oudste bewaard gebleven grafmonument op de begraafplaats. Originele graven uit het eerste jaar dat het nieuwe kerkhof 'buiten de Tongersche Poort' in gebruik werd genomen, bestaan niet meer, ze zijn allemaal geruimd. Chevalier De Behr overlijdt op 59-jarige leeftijd. De grafsteen heeft de vorm van een Romeinse mijlpaal waar een krans van eikenloof omheen hangt, een verwijzing naar zijn heldendood. Behr is gesneuveld in de nadagen van het bewind van Napoleon.

Vanaf 1920 is er een afdeling voor niet-religieuzen en andersdenkenden, terwijl er vanaf 1983 ook islamieten begraven kunnen worden. Zelfs was er ooit ruimte gereserveerd voor ongedoopte kinderen en zelfmoordenaars. In de loop van de geschiedenis werd de begraafplaats steeds verder uitgebreid: in 1850 naar een ontwerp van stadsarchitect van den Bergh, zestig jaar later naar ontwerp van landschapsarchitect R. Rosseels en in 1956 volgde een uitbreiding naar ontwerp van F.Dingemans. Piet Satijn ontwierp in 1961 een nieuwe hoofdingang voor de Algemene Begraafplaats niet langer aan de Tongerseweg, maar aan de Javastraat. Vanaf 1970 bestaat ook de mogelijkheid een as-urn bij te zetten in een urnenveld.Het plan om op de begraafplaats een crematorium te realiseren, zorgde rond 2010 in de omliggende wijken voor veel beroering.

De Algemene Begraafplaats Tongerseweg is de grootste begraafplaats in Maastricht. Op de begraafplaats zijn veel bekende Maastrichtenaren begraven, waaronder verschillende burgemeesters van Maastricht, enkele hoge militairen en industriëlen, Victor de Stuers, de grondlegger van de monumentenzorg in Nederland, de schilders Henri Goovaerts en Edmond Bellefroid, de volksschrijver Alfons Olterdissen en diverse leden van de familie Regout. Er staat ook een beeldje van J.P. Minckelers de uitvinder van het lichtgas, in tegenstelling wat het beeldje doet vermoeden is deze hier niet begraven. Maar ook de mensen die omkwamen toen Maastricht die door de 'zinkwitstaking' van 1929 in staat van burgeroorlog was toen het escaleerde met als gevolg de dood van twee mannen. 'Kameraad' Hubert Beckers waar aan het graf de socialisten nog steeds herdenkingen houden en het graf van agent Matias Houben zijn stille getuigen van deze gebeurtenis. Slachtoffers en strijders van de beide wereldoorlogen, verder is het ook de laatste rustplaats van vele markante Maastrichtenaren zoals Guillaume 'De Piele' Hameleers, 'Sjarel' de man van de trompet die de mensen de stuipen op het lijf jaagde of Rika van de gelijknamige frituur en fervent Oranje aanhangster.. Het neoclassicistische poortgebouw dateert uit het begin van de 19e eeuw en heeft in het midden van de voorgevel een hardstenen poortomlijsting met een gebeeldhouwde sluitsteen die als ingang dient en aan de Tongerseweg ligt. Op de begraafplaats staat een neogotische kapel met grafkelder is een ontwerp van architect Johannes Kayser uit 1885-1890. De kapel heeft een octagone plattegrond met aan westzijde een ingangsportiek, het interieur is rijk gedecoreerd.

Enkele 'bekende' graven, van links naar rechts, Industrieël Thomas Regout, Schrijver, dichter en componist (Mestreechs Volksleed) Alfons Olterdissen,

uitvinder lichtgas J.P. Minckelers (ligt hier niet begraven), kunstschilder Henri Jonas en 'volksfiguur' Guillaume 'de piele' Hameleers

 

De Kerkhofmuur met toegangspoorten van de begraafplaats aan de Tongerseweg. Het in de ommuring geďntegreerde poortgebouw aan de Tongerseweg 292 is onder nummer

27990 reeds van rijkswege beschermd. De ommuring aan de noordzijde van de begraafplaats werd vanwege een naoorlogse uitbreiding grotendeels verwijderd. De begraafplaats is aan de zuid-, west- en noordzijde omgeven door een bakstenen muur, waarin een reeds van rijkswege beschermd poortgebouw alsmede een viertal toegangspoorten. Het Joodse

begraafplaatsdeel is bovendien voorzien van een eigen ommuring. De muur is voorzien van op regelmatige afstanden geplaatste kolommen met hardstenen afdekking, ten dele gepleisterde plinten. Aan de Tongerseweg bevinden zich een tweetal toegangspoorten, aan de westzijde aparte toegangspoorten voor de Joodse begraafplaats en het ongewijde gedeelte. Deze poorten zijn voorzien van een geprofileerde Florentijnse boog in hardsteen, een hardstenen architraaflijst, alsmede een doodshoofd op de sluitsteen, hardstenen plinten en dubbele smeedijzeren hekwerken. De toegangspoort van het ongewijde deel is eenvoudiger uitgevoerd en uitsluitend opgetrokken in baksteen.

 

Aan de zijkant tegenover de kapel staat een Heilig Hartbeeld, dit kolossale Heilige hartbeeld dat naast de grafkapel staat stond oorspronkelijk op het Keizer Karelplein. Michel Cuypers is de ontwerper en de kleinzoon van de bekende architect Pierre Cuypers. Het verhaal gaat dat Dr.Cuypers heimelijk op een standbeeld van hem in Maastricht hoopte. Hij heef aan het einde van de 19de eeuw de St.Servaas ingrijpend gerestaureerd. Een hulde aan de meester bleef echter uit. Zijn kleinzoon heeft zoet wraak genomen en voor de kop van het Heilige Hartbeeld zijn opa als model gebruikt.

De laanstructuur langs het hoofdpad op het oudste deel van de begraafplaats stamt

uit de tweede helft van de negentiende eeuw. Hiermee werd aansluiting gezocht bij

de uitbreidingen van 1857-1870. Herkomst afbeelding: Stadsarchief Maastricht uit PDF

bestand van Beheer en Onderhoud 2002 Monumentenhuis Limburg Roermond.

 

Foto-opname omstreeks 1890 op het door Van den Bergh ontworpen,

rechtlijnige hoofdpad (1859) richting Tongerseweg. Centraal de gedenknaald

van de familie De Stuers uit 1861. Kenmerkend is de toen al hoge

verdichting van monumentale graftekens langs de randen.

Het aantal toplocaties was beperkt: de meest gefortuneerde

Maastrichtenaren streden om de hoogste eer op de begraafplaats.

(Herkomst afbeelding: Gemeentearchief Maastricht) uit PDF

bestand van Beheer en Onderhoud 2002

Monumentenhuis Limburg Roermond.

Begrafenispenningen

Volgens Wikipedia was de begrafenispenning een penning die van de 16e tot en met de 18e eeuw een functie vervulde bij de begrafenis van overledenen. Zij werd als betaling uitgedeeld aan bijvoorbeeld dragers, door gildebroeders gebruikt voor controle op aanwezigheid of vervulde de rol van gedenkpenning. Het was een overwegend Nederlands gebruik, hoewel het ook in protestantse Noord-Duitse steden ook voorkwam. Het begraven van overledenen was in deze periode in de eerste plaats de plicht van de buren en andere betrokkenen. Indien de familie van de gestorven persoon over voldoende geld beschikte, werden begrafenispenningen van een zekere waarde na afloop uitgedeeld aan degenen die behulpzaam waren geweest bij het afleggen, het dragen van de kist en dergelijke plichten. Ook was het (in elk geval) in Maastricht enige tijd gebruikelijk dat vermogende families begrafenispenningen, of 'begrafenisloodjes', uitdeelden onder de aanwezigen bij een teraardebestelling, die de penningen vervolgens als gift aan de kerk overhandigden. Een enkele bron maakt melding van een begrafenispenning als direct betaalmiddel aan de kerk voor het uitvoeren van de begrafenis. Begrafenispenningen van een gilde werden bij overlijden van een gildebroeder verspreid onder de leden. Dezen moesten de penning bij de begrafenis weer inleveren, waarmee hun aanwezigheid bij die plechtigheid was aangetoond. Net als voor bijzondere gelegenheden als huwelijk en geboorte werden ook wel voor begrafenissen speciale penningen vervaardigd, voor het gedenken van de overledene. In de katholieke landsdelen werd eerder gebruikgemaakt van zogenaamde "doodsprentjes", die een vergelijkbare rol vervulden.

Ieder kerk had zijn eigen begrafenispenningen, zoals de St.Servaas met op de voorzijde een doodskop en op de achterzijde een kerksleutel, de St.Martinuskerk in Wyck had op de voorzijde onder het jaartal 1654 een doodskop met stempel op gekuiste beenderen staan en op de keerzijde de Heilige St. Martinus te paard die een stuk van zijn jas aan de bedelaar geeft. Met name de doodskop komt bij iedere kerk terug, anders is de keerzijde en bij sommige de voorzijde. Voor een uitgebreide uitleg kunt u terecht op de site van dhr.Allex Kussendrager, de site Loodjes.nl en met name het gedeelte over Maastricht beschrijft niet alleen de begrafenispenningen in woord en beeld maar ook de bedelaarspenning,  Armenpenning, Broodpenning en Soeppenningen die gebruikt werden in Maastricht ronde de 17e en 18e eeuw.

Bron: Wikipedia, Website Allex Kussendrager Loodjes.nl.

Anno 2017 is er na een lange weg besloten door het Gemeentebestuur van Maastricht dat de monumentale Begraafplaats zal worden opgeknapt en uitgebreid. Na elf jaar plannen en zoeken naar het benodigde geld is eindelijk de 'kogel' door de kerk, het stadsbestuur zal 955.000 euro uittrekken voor de opknapbeurt en voor het toevoegen van meer mogelijkheden voor rouw en gedenken. De gemeenteraad moet het plan en middelen nog goedkeuren. Het zal besteed worden aan het wegwerken van de achterstallig onderhoud, de paden zullen worden geasfalteerd, extra gras gezaaid, versleten meubilair wordt vervangen en er worden vijf extra watertappunten geplaatst. Ook worden bomen en hagen vervangen. In totaal is 620.000 euro gemoeid met de opknapbeurt. Het restant wordt gestoken in het realiseren van een nieuwe entree aan de Planetenhof en voor de uitbreiding van het productaanbod op de begraafplaats. Zo komt er een herdenkingsbos, wordt de Islamitische begraafplaats uitgebreid en komt er plek voor graven voor de in Maastricht gevestigde Armeense gemeenschap. Verder wordt de strooiweide uitgebreid en komt er ruimte voor as bijzettingen.

Door de aanpassingen is niet alleen de toekomst gewaarborgd maar wordt ook een impuls gegeven om de exploitatie uit de min te halen. Omdat de 'traditionele' begrafenissen blijft afnemen, crematie en andersoortige uitvaarten blijft echter toenemen. De monumentale begraafplaats was daar niet voor uitgerust. Het blijkt op de begraafplaats gereserveerde ruimte voor traditionele begrafenissen veel te groot, hierdoor kwam de toekomst van de begraafplaats onder druk te staan”, aldus verantwoordelijk wethouder André Willems. “Met deze impuls zorgen we ervoor dat de begraafplaats een multifunctioneel rouw- en gedenkpark wordt. We spelen in op de wensen die leven in de samenleving en we voeren bezuinigingen door zodat de exploitatie op orde blijft. de begraafplaats, één van de mooiste en waardevolste monumenten van de stad wat mij betreft.”

Behalve naar de ruimtelijke invulling van de begraafplaats, wordt ook gekeken naar de functie van de begraafplaats. Met aanpassingen zal de monumentale rustplaats een meer natuurlijk karakter krijgen. Daarnaast is het voorstel de begraafplaats vaker open te stellen voor gepaste evenementen. “Dan denken we aan culturele activiteiten die passen bij de begraafplaats, zoals uitvoeringen van Musica Sacra. De begraafplaats is in de eerste plaats een rouw- en gedenkplek. Evenementen moeten daar bij passen”, zegt Willems. De werkzaamheden zullen vijf jaar in beslag nemen, er worden 1500 bomen geplant op de weide voor een herdenkingsbos, indien dit daadwerkelijk gebeurt is er sprake van een verdubbeling van de groene oase die nu bestaat uit 14 hectare. In 200 jaar hebben ca 40.000 Maastrichtenaren er hun laatste rustplaats gevonden. Op de begraafplaats zie je de historie terug op de graven in alle soorten en maten.

Bron: John Hoofs in De Limburger 22-11-2017, en Hans van Eijsden in 'Maastricht Lokaal'.  

Naor Bove

Boven en onder tien bijzondere graven uitgebracht in De Limburger van 16 februari 2012 door Vikkie Bartholomeus.
   
'De Tongersepoort oet',

Eeuwenlang werden de doden in kerken, kloosters en de daaromheen gelegen kerkhoven te ruste gelegd. In de vaak overvolle steden leidde dat tot steeds meer overlast.  De rijkere inwoners van de stad vonden hun laatste rustplaats in de kerk. Omdat de afdichting van de kerkgraven niet optimaal was, kon de onwelriekende lijkenlucht gemakkelijk in de kerk doordringen. De uitdrukking 'rijke stinker' herinnert hier nog aan. Dat was ondermeer de reden waarom in de Zuidelijke (Oostenrijkse) Nederlanden door landsheer Jozef II op 26 juni 1784 een verbod werd uitgevaardigd op het begraven in 'eene Kerk, Kapelle, Bid-Plaets of ander bedekt Gebouw'.   Met de komst van de Franse revolutionaire legers in 1794 werd Maastricht een onderdeel van Frankrijk en werden hier de Franse wetten van kracht. Kerken en kloosters gingen op slot en het begraven binnen of rond de kerken werd ook hier verboden. Het stadsbestuur kreeg de dwingende eis een begraafplaats buiten de muren aan te leggen. Met enkele noodoplossingen wist de magistraat nog tijd te rekken, maar uiteindelijk moest toch de beurs worden getrokken en werd een begraafplaats langs de Tongerseweg gerealiseerd. Vanaf 1812 worden de overleden Maastrichtenaren ver van hun eigen stad en, tot 1920, in een andere gemeente ter aarde besteld. Op hun laatste tocht verlieten ze de stad via de Tongersepoort. Dit gegeven leidde spoedig tot een nieuw gezegde. Wanneer een Maastrichtenaar kwam te overlijden, werd van hem gezegd: 'Heer is de Tongersepoort oet..'  op de foto, de begrafenis van Kolonel M.M. Roosen van de DD Stadsschutterij met op de achtergrond het poortje van het poortgebouw aan de tongerseweg.

                                              
Ik kom af en toe op de Algemene Begraafplaats aan de Tongerseweg oftewel de Tongerschehof. Vooral de oude graven trekken mijn aandacht, verweerd, vol mos en vaak is de steen groen uitgeslagen,  prachtig om te zien, ieder seizoen is anders. Mist, regen, sneeuw of zon, steeds weer is het anders. Hiernaast een filmpje van de foto's die ik afgelopen 9 augustus 2016 heb gemaakt.

Klikken op de foto links of HIER.

Een virtuele tour gemaakt door Arie de Ruiter uit 2011 kunt u HIER zien, een YouTube filmpje van Jaco uit november 2012 kunt u HIER bekijken. Je kunt tegenwoordig ook via facebook een kijkje nemen, dat doe je HIER. (je moet wel zijn ingelogd)

Naor Bove

 Bron:  Website begraafplaats, Zicht op Maastricht, Jac van den Boogaard, Henri Gozé, Bron: Wikipedia, Website Allex Kussendrager Loodjes.nl, De Limburger Vikkie Bartholomeus. Foto's  Stadsarchief Maastricht en Gemeentearchief Maastricht, foto's John Kerkhofs.

eine terök